Het wezen van de olifant 3 CD's

De olifant kan en wil niets anders dan in een boom klimmen en van daaruit naar de verte kijken, ook al blijft hij keer op keer naar beneden vallen. Het is iets in hem waar hij zelf niets over te zeggen lijkt te hebben. Hij blijft het onbereikbare nastreven, terwijl de andere dieren hem vol mededogen gadeslaan. Is de olifant hardleers, dom of heeft hij juist een groot doorzettingsvermogen? Wat zouden zij eigenlijk zelf doen als ze de olifant waren? ‘Als ik jou was, olifant,’ zei de krekel, ‘dan zou ik mij willen zijn en als jij mij was zou jij mij willen blijven, dat weet ik zeker.’ Wat de olifant, ’s nachts als hij niet kon slapen, schreef wordt ingeleid door de klarinet, waarbij het ritme van iedere zin een duidelijke rol speelt. Uiteindelijk smelten alle intermezzi samen tot een melodie over de zwaartekracht. Inhoud1. Toen de zon door zijn raam naar binnen scheen2. ‘Als jij mij was, eekhoorn...’ vroeg de olifant3. Als iedereen mij was, dacht de olifant op een keer4. Op een warme, windstille ochtend5. Toen de olifant op een ochtend door het bos liep6. Op een avond zat de olifant over zichzelf na te denken7. De zon stond hoog aan de hemel te schijnen8. Als ik de olifant was, dacht de zwaartekracht9. Onder de grond, tussen de wortels van de eik10. Op een avond was de olifant op bezoek bij de mier11. Als ik de olifant was, dacht de mus12. ‘Als ik de olifant was,’ zei de beer13. Als ik de olifant was, dacht de houtworm14. Als ik de olifant was, dacht de kikker15. Als ik de olifant was, dacht de eendagsvlieg16. Als ik de olifant was, dacht de woelrat17. Als ik de olifant was, dacht de kreeft18. Als ik de olifant was, dacht de snoek19. Als ik de olifant was, dacht de karper20. Als ik de olifant was, dacht de leeuw1. Als ik de olifant was... dacht de vlinder2. Als ik de olifant was, dacht de bever3. Als ik de olifant was, dacht de muis4. Als ik de olifant was, dacht de pad5. Als ik de olifant was, dacht de mammoet6. Als ik de olifant was, dacht het gordeldier7. Als ik de olifant was, dacht de wezel8. Als ik de olifant was, dacht de kraai9. Geachte olifant, als ik u was10. Als ik de olifant was, dacht de hermelijn11. Als ik de olifant was, dacht de tor12. Als ik de olifant was, dacht de egel13. Als ik de olifant was, dacht de kakkerlak14. Als ik de olifant was, dacht de schildpad15. Als ik de olifant was, dacht de bladluis16. Als ik de olifant was, dacht het aardvarken17. Als ik de olifant was, dacht de slak18. Als ik de olifant was, dacht de meikever19. Als ik de olifant was, dacht de boktor20. Als ik de olifant was, dacht de kwal21. Als ik de olifant was, dacht de mier22. Als ik de olifant was, dacht het pantoffeldiertje23. ‘Als ik jou was, olifant,’ zei de krekel24. ‘Als ik jou was, olifant,’ zei het vuurvliegje1. Als ik jou was, olifant, dan zou ik aan mij vragen2. ‘Als ik jou was, olifant,’ zei de giraffe3. ‘Als ik jou was, olifant,’ zei de adder4. ‘Ik wou dat ik jou was, olifant,' zei de raaf5. Op een ochtend kreeg de potvis6. Midden in het bos letten de bizon en de buffel niet goed op7. Op het eind van een middag8. Op een ochtend stond de olifant onder de eik9. Beste olifant, Ik hoorde je zonet weer vallen10. Wat de olifant, ’s nachts als hij niet kon slapen, schreef11. Eigenlijk zou ik boos moeten zijn op mijzelf12. Als ik niet klim val ik ook13. Ik herinner me elke boom waarin ik geklommen ben14. Ik ben vandaag sterk geweest15. Als ik op de grond lig onder een boom16. Ik wil niet klimmen in struikgewas17. Ze waarschuwen me telkens opnieuw18. Dagenlang niet in een boom geklommen19. Heel even gelukkig zijn, zo nu en dan20. Ik , de olifant, overal in klimmend21. Wat ik mis is het besef dat ik altijd zal vallen22. Soms, als ik klim, denk ik dat ik val23. Misschien ben ik wel de enige die kan vallen24. Als ik moet kiezen25. Zij die klimmen zonder te vallen26. Ik wil niet klimmen27. Dit weet ik zeker28. Was toevallig in de buurt29. Pijn is het gewoonste wat er is30. Klimmen is slapen31. Bomen, luister, ik kan het uitleggen32. Vallen is een bijkomstigheid33. Nu weet ik het34. Ik houd niet van juiste beslissingen35. O bomen36. Ik begrijp het wel37. Vallen gaat vanzelf38. Er is veel waar ik me bij wil neerleggen39. Als ik mijzelf eens zou zien klimmen40. De zwaartekracht... Belachelijk41. Kijk , daar staan de egel en de schildpad42. Op een dag wakker worden en niet de olifant zijn43. Als ik eens één keer in een grassprietje kon klimmen44. Als ik eens omlaag zou klimmen, de diepte in45. Ik weet het nu heel zeker46. Iemand heeft vallen ontdekt47. Als ik op de grond lig48. Als iemand eens tegen mij zei49. Waarom, waarom... Er is geen waarom50. De zwaartekracht - klarinetRecensie‘De dierenverhalen van Toon Tellegen zijn ontroerend, zeker ook door de warme en intensieve manier waarop hij ze voordraagt.’ – Jazzenzo over het luisterboek Dierenverhalen